Een van de eerste dingen die je als beginnende gitarist tegenkomt, zijn akkoorden en tabs. Ze vormen de basis van bijna elke song en geven je de tools om zelf liedjes te spelen, te begeleiden of zelfs te schrijven. Toch kunnen ze in het begin wat verwarrend zijn. Wat betekenen al die lijntjes en cijfers? Wat is het verschil tussen een tab en een akkoorddiagram? En hoe leer je ze het snelst lezen en toepassen?
In dit artikel leggen we stap voor stap uit hoe akkoorden en tabs werken. Je leert wat een akkoord precies is, welke basisakkoorden je moet kennen, en hoe je tabs leest. Ook ontdek je hoe je deze kennis in de praktijk brengt met simpele oefenschema’s en handige tools zoals een metronoom of gitaarstemmer. Door het slim aan te pakken kun je al binnen een paar weken je eerste nummers meespelen.
De 8 basisakkoorden die elke gitarist moet kennen
Als je gitaar wilt leren spelen, begin je met de zogenaamde open akkoorden. Deze akkoorden gebruik je in honderden liedjes en je kunt ze spelen zonder lastige grepen of barrétechniek. Het gaat om de volgende acht akkoorden:
- C majeur
- A majeur
- G majeur
- E majeur
- D majeur
- A mineur
- E mineur
- D mineur
Samen vormen ze de bekende “CAGED”-set, aangevuld met hun mineurvarianten. Elk van deze akkoorden gebruik je met open snaren, waardoor ze relatief eenvoudig aan te leren zijn.
Hieronder zie je de akkoorddiagrammen van deze acht akkoorden:
Tot nu toe hebben we telkens de akkoorden voluit geschreven, vaak zet je niet volledig majeur of mineur achter het akkoord. Majeur laat je simpelweg weg, en bij mineur zet je er een m achter. A majeur wordt dus A, en A mineur wordt Am. Vanaf hier houden we dit in de tekst ook aan.
De meeste beginners starten met C, Am, G en D, omdat deze vaak in simpele popsongs voorkomen. Maar het is slim om al snel alle acht te oefenen. Zo leer je sneller wisselen tussen akkoorden en kun je meer liedjes spelen. Focus per oefening op twee akkoorden tegelijk, bijvoorbeeld C en G, of Am en D. Daarmee train je niet alleen je vingers, maar ook je gevoel voor ritme en timing.
Hoe lees je een akkoorddiagram?
Een akkoorddiagram laat zien waar je je vingers op de hals van je gitaar moet plaatsen om een bepaald akkoord te spelen. Je kunt het zien als een soort plattegrond van de eerste vier of vijf frets.
Een standaard akkoorddiagram bestaat uit zes verticale lijnen en vijf horizontale lijnen. De verticale lijnen stellen de snaren voor, van links naar rechts: de lage E, A, D, G, B en de hoge E-snaar. De horizontale lijnen zijn de frets. Boven het diagram zie je vaak cijfers of symbolen:
- Een ‘O’ betekent dat je die snaar open speelt, dus geen vakje indrukt
- Een ‘X’ betekent dat je die snaar niet speelt
- Zwarte of gekleurde bolletjes laten zien waar je je vingers plaatst
Soms staan er ook cijfers onderaan het diagram. Die geven aan met welke vinger je het beste kunt drukken:
1 = wijsvinger
2 = middelvinger
3 = ringvinger
4 = pink
Met een beetje oefening leer je deze diagrammen snel begrijpen.
Wat is een tab en hoe lees je het?
Tabs (afkorting van tabulatuur) zijn een alternatieve manier om melodieën, riffs en solo’s te noteren. In plaats van noten op een notenbalk zie je zes horizontale lijnen die de snaren van je gitaar voorstellen. De bovenste lijn is de hoge E-snaar, de onderste lijn is de lage E-snaar.
Op de lijnen zie je cijfers staan. Elk cijfer geeft aan op welke fret je moet drukken op de betreffende snaar. Staat er bijvoorbeeld een 3 op de bovenste lijn? Dan speel je de derde fret op de hoge (dunne) E-snaar.
Een voorbeeld:
e|---0---0---2---3---|
B|---1---1---3---0---|
G|---0---2---2---0---|
D|---2---2---0---0---|
A|---3---0-------2---|
E|---------------3---|Dit is de tab voor het de akkoorden C, Am D en G. Zoals je ziet is het lezen van tabs vooral een kwestie van oefenen en goed kijken welke snaar je moet aanslaan en waar je je vinger plaatst. Tabs zijn ideaal voor het leren van melodieën of het meespelen van intro’s en riffs uit bekende nummers.
In de volgende sectie leer je hoe je handig oefent met het wisselen tussen akkoorden en het lezen van tabs.
Snel wisselen tussen akkoorden: zo pak je het aan
Het goed kunnen wisselen tussen akkoorden is een van de belangrijkste vaardigheden voor elke gitarist. In het begin voelt het vaak onhandig. Je vingers zoeken nog naar de juiste plek en de overgangen klinken rommelig. Gelukkig zijn er slimme manieren om dit stap voor stap te trainen.
Begin met twee akkoorden tegelijk. Kies bijvoorbeeld C en G, of Em en D. Deze combinaties komen veel voor in populaire liedjes. Zet je metronoom op een laag tempo, bijvoorbeeld 60 BPM, en probeer elke vier tellen te wisselen. Lukt dat? Dan kun je het tempo verhogen of de akkoorden sneller wisselen.
Een andere handige techniek is de “freeze & switch”-methode. Speel het eerste akkoord en bekijk je vingerzetting goed. Haal dan je vingers van de snaren en zet ze weer tegelijk neer op het volgende akkoord. Doe dit een paar keer achter elkaar zonder te strummen, puur om de beweging in te slijpen. Pas daarna speel je het ritme mee.
Visueel oefenen helpt ook. Kijk steeds goed naar welk vinger je als eerste moet neerzetten. Vaak is er een ankerpunt: een vinger die op dezelfde plek blijft zitten bij het volgende akkoord. Gebruik dat als houvast.
Hieronder zie je een paar handige duo’s om mee te oefenen:
Door dagelijks vijf tot tien minuten te besteden aan het wisselen tussen akkoorden, zul je merken dat je vingers soepeler worden en de overgangen vanzelf sneller en zuiverder klinken.
Oefenschema voor 4 weken: stap voor stap naar je eerste liedje
Met een goed oefenschema boek je sneller vooruitgang, zonder overweldigd te raken. Vier weken is een mooie periode om vertrouwd te raken met de basisakkoorden en het lezen van tabs. Hieronder zie je een eenvoudig schema dat je dagelijks 15 tot 20 minuten kunt volgen.
Week 1
- Oefen twee akkoorden per dag (bijvoorbeeld C en G).
- Wissel om de vier tellen met hulp van een metronoom op 40 of 60 BPM.
- Focus op correcte vingerzetting en schone klank.
Week 2
- Voeg nieuwe akkoorden toe (bijvoorbeeld Am, D of Em).
- Begin met het lezen van eenvoudige tabs (melodie van “Happy Birthday” of “Ode to Joy”).
- Oefen combinaties van drie akkoorden in een vast ritme.
Week 3
- Bouw snelheid op: verhoog het metronoomtempo naar 80 BPM.
- Speel korte akkoordenschema’s uit pop- of kinderliedjes.
- Combineer akkoorden en tabs in één oefening.
Week 4
- Kies een simpel liedje uit en oefen dit van begin tot eind.
- Focus op ritme, doorlopende overgangen en foutloos spelen.
- Neem jezelf op om terug te luisteren en je vooruitgang te beoordelen.
Met dit schema leer je niet alleen de theorie, maar bouw je ook de spierherinnering op die nodig is om vloeiend te spelen.
Handige hulpmiddelen voor het oefenen
Bij gitaar leren spelen hoort ook het gebruik van handige tools. Ze helpen je met stemmingen, timing en het leren herkennen van tonen. Hieronder vind je drie onmisbare hulpmiddelen:
Online gitaarstemmer
Voordat je begint met oefenen, moet je gitaar goed gestemd zijn. Een digitale gitaarstemmer werkt via je microfoon en geeft aan of je snaren te hoog of te laag zijn. Gebruik je de standaard EADGBE-stemming? Dan kun je onze online gitaarstemmer gebruiken: Gitaarstemmer.
Metronoom
Een metronoom helpt je om in een vast tempo te spelen. Vooral als je akkoordwisselingen oefent, is het handig om met een tikgeluid te weten wanneer je moet wisselen. Je kunt kiezen voor een fysieke metronoom of onze gratis online metronoom.
Gitaar apps
Er zijn talloze apps die je helpen met oefenen, van akkoordentrainers tot tabs-viewers. Kijk bijvoorbeeld naar Yousician, Fender Play of Ultimate Guitar Tabs. Veel van deze apps bieden oefeningen op maat voor beginners.
Met deze hulpmiddelen wordt oefenen niet alleen makkelijker, maar ook leuker en effectiever.
Veelgestelde vragen van beginnende gitaristen
Als je net begint met gitaar spelen, loop je waarschijnlijk tegen allerlei vragen aan. Dat is heel normaal. Hieronder beantwoorden we een paar van de meest voorkomende.
Het F akkoord hieronder is vaak het eerste barré-akkoord dat je leert. Daarbij moet je met je wijsvinger meerdere snaren tegelijk indrukken, wat in het begin lastig is. Zorg dat je vinger dicht bij de fret ligt, recht duwt en je duim stevig tegendruk geeft achter de hals.
Je kunt ook beginnen met een vereenvoudigde versie van het F-akkoord:
Gebruik een metronoom. Begin langzaam (bijv. 60 BPM) en probeer je akkoordwisselingen en ritme gelijk te houden aan de klik. Als je steeds iets te vroeg of te laat bent, kun je je timing zo goed trainen.
Dat is normaal in het begin, vooral bij stalen snaren. Na een week of twee krijg je vanzelf eelt. Speel liever vaker kort dan lang achter elkaar, en geef je vingers rust als ze echt zeer doen.
Niet per se. De meeste gitaristen kunnen prima uit de voeten met akkoorddiagrammen en tabs. Noten lezen is handig als je klassieke muziek speelt, maar voor pop, rock en singer-songwriter muziek is het geen must.
Wat is de volgende stap?
Als je eenmaal de basisakkoorden kent en tabs kunt lezen, gaat er een wereld voor je open. Je kunt nu simpele liedjes meespelen, nieuwe akkoorden leren en experimenteren met ritmes en slagpatronen.
Een logische volgende stap is het spelen van je eerste volledige nummers. Kijk daarvoor eens op onze pagina over je eerste liedjes spelen. Of verdiep je verder met een goede online gitaarcursus die je stap voor stap begeleidt.
Wil je juist zelf gaan schrijven? Dan kun je je gaan verdiepen in toonsoorten, akkoordenschema’s en het combineren van melodie met ritme. En natuurlijk: blijven oefenen. Zelfs vijf minuten per dag kunnen op de lange termijn een groot verschil maken.